Echte wetten kunnen niet worden geschonden, dat is onmogelijk. Dit zijn De 4 Onveranderlijke Wetten van het Universum die structuur geven aan de gehele schepping.
De eerste onveranderlijke wet
Wet nummer één: jij bestaat. En wat dat werkelijk betekent, als je het tot de uiterste logische conclusie doortrekt, is dat als je nu bestaat, je altijd zult bestaan. Je hebt altijd al bestaan. Daarom zal je hooguit van vorm veranderen, en je zult ook altijd op de een of andere manier blijven bestaan. ‘Zijn’ is de enige eigenschap die het bestaan kent; het weet niet hoe het in “niet-bestaan” moet veranderen.
Niet-bestaan zit al vol met alles wat nooit zal bestaan en er is geen ruimte in het niet-bestaan voor dat wat wel bestaat. Dat wat bestaat, heeft slechts één eigenschap: zijn. En dat is het enige wat het altijd zal zijn. Dus als je bestaat, zal je altijd bestaan. In de war? Dan ben je in goed gezelschap!
De tweede onveranderlijke wet
Wet nummer twee: het één is alles en alles is het één. Dit betekent simpelweg dat alle stukjes samen het één vormen, en het één is één, maar kent zichzelf tegelijkertijd als alle stukjes. Dit betekent dat de schepping niet losstaat van de Schepper, maar gemaakt is van de Schepper, en dat er geen buitenkant aan zit. Alles wat er is, elke afzonderlijke persoon, plaats, ding, elk afzonderlijk concept, elk afzonderlijk deel, is een deel van éénzelfde geheel en ook holografisch is elk afzonderlijk deel het geheel dat zichzelf uitdrukt als een deel van het geheel. Dus de tweede wet: het één is alles en alles is het één.
De derde onveranderlijke wet
Wet drie: wat je uitzendt, is wat je terugkrijgt. Heel eenvoudig. De energie die je uitstraalt, gebaseerd op je overtuigingen, je emoties, je gedragingen, de vibratiefrequentie die je uitstraalt, bepaalt de realiteit die je ervaart. Omdat de echte fysieke realiteit niet bestaat, behalve als een reflectie van wat je sterk gelooft dat waar is voor jou. Dat is alles wat fysieke realiteit is. Het is letterlijk als een spiegel.
Als je in een spiegel kijkt en je ziet je gezicht met een frons, dan weet je dat je niet naar de spiegel gaat om de reflectie te dwingen te glimlachen. Je weet dat als je wilt dat de reflectie glimlacht, je eerst zelf moet glimlachen. Er is geen manier om de reflectie te veranderen zonder dat je eerst glimlacht. Maar je kunt ook omgekeerd begrijpen dat wanneer je besluit te glimlachen, de reflectie geen andere keuze heeft dan de glimlach terug te geven, omdat het geen eigen wil heeft.
Dus het idee om te begrijpen is dat fysieke realiteit heel erg lijkt op een spiegel; het zal niet veranderen totdat jij dat eerst doet. Maar als jij verandert, heeft het geen andere keuze dan dat ook te doen, omdat het slechts een reflectie is van wat jij hebt uitgezonden.
De vierde onveranderlijke wet
Wet nummer vier: verandering is de enige constante en alles verandert, behalve de eerste drie wetten. Dat is het. Elke ervaring die je ooit hebt gehad, nu hebt of ooit zult hebben, is gebaseerd op een combinatie van deze vier wetten, in verschillende mate. Dat is alles. Elke ervaring, elk moment, is een reflectie van deze diepe, universele waarheden.
Conclusie
Deze wetten benadrukken de eeuwigheid van ons bestaan, de onderlinge verbondenheid van alles binnen het universum, de spiegelachtige aard van onze realiteit en de onvermijdelijke aard van verandering. Ze bieden een uniek perspectief op hoe we de wereld om ons heen kunnen begrijpen en onze plaats daarin kunnen waarderen. Door deze principes te omarmen, kunnen we een dieper inzicht krijgen in de complexiteit en de schoonheid van het universum en onze eigen rol in het grote geheel.
